Document
Informatie en metadata
Archiefaanduiding intern
OD_02_1802-05-19
Titel
Verkoopakte op francijn hooiland onder vaste beklemming tussen Lauwers en Zylroe 19 mei 1802
Beschrijving
H. van Weerden verkoopt de vaste beklemming van acht matten hooiland aan Menne Jans en Diewerke Jans. Dit hooiland was gelegen te Doezum, achter het land van Johannes Baukes, tussen de Zijlroede en de Lauwers. Verkocht voor een som van 120 gulden.
[Met stempel in groene was.
OD_01_1802-05-19 is een afschrift.]
[Gaat om het stuk land later kadastraal bekend onder Grootegast Sectie H Perceelnummer 370]
Uitgebreide beschrijving
Willem De Raadt J.U. doctor, richter van Cloosterburen, bevestigt hiermee dat de heer H. van Weerden persoonlijk voor hem is verschenen en heeft verkocht en overgedragen volgens de publieke verkoopvoorwaarden van 3 maart 1802 aan Menne Jans en Diewerke Jans, echtgenoten in Doezum. De echtgenoot, die ook aanwezig was, heeft deze verkoop en overdracht goedgekeurd voor zijn vrouw. Het gaat om 8 matten land, gelegen onder Doezum achter het land van Johannes Baukes, tussen de Zylroe en de Lauwers, met een waarde van 8 gulden in de verponding. Het land wordt verkocht ongeacht de staat waarin het moge verkeren, zonder dat de verkoper verantwoordelijk is voor een nauwkeurige beschrijving van het land. Ook zijn er rechten en verplichtingen, waaronder het recht om op het verkochte land te bouwen voor eigen gebruik. De verkoop is gedaan voor een bedrag van 120 gulden, waarvan de verkoper aangaf dat hij de helft op het moment reeds heeft mogen ontvangen. De resterende betaling zal op 12 mei 1803 zal plaatsvinden en het verkochte land blijft eigendom van de verkoper totdat de betaling is voltooid. Verder zullen de kopers en hun opvolgers jaarlijks 12 gulden huur betalen aan de verkoper en zijn opvolgers als eigenaren, bovenop normale en bijzondere landlasten en verplichtingen. De eerste betaling zal plaatsvinden op midwinter 1802 en dit zal zo doorgaan zonder verandering. In geval van erfenis van ouders naar kinderen, zal er een jaar huur betaald worden voor het overboeken en in geval van verkoop of huwelijk zal er twee jaar huur betaald worden als gift aan de eigenaar. Tot slot hebben beide partijen afgesproken dat de verkoper verantwoordelijk is voor de vrije levering en bescherming van het verkochte en de kopers zullen de resterende betaling, huur en giften snel voldoen onder hun persoonlijke borgstelling. Aldus bevestigd door de richter met zijn ondertekening en stempel in groene was.
Transcriptie
[Versie 1
S.Schuil]
[P1]
[Transcriptie is van de kopie van deze akte: OD_01_1802-05-19]
Copia
Willem De Raadt J. U. Doctor, richt-
ter van Cloosterburen. Certificere met dezen
openen gezegelden breve, dat in eigener per-
soon voor mij is gecompareert en erscheenen
de heer H. van Weerden, dewelke bekende
en beleed, agtervolgens publicke koop-conditien
van den 3 Maart 1802 stedevast en onweder-
roepelyk te hebben verkogt, en overzulks by de-
zen op en over te dragen. Aan Menne Jans en
Diewerke Jans, echtelieden te Doesum, waar
van de man, meede gecompareert zynde, de-
zen koop en overdragt, de rato caveerende voor
zyne ehevrouw accepteerde, de vaste beklem-
minge van agt matten hooiland, gelegen
onder Doesum agter het land van Johannes
Baukes, tusschen de Zylroe en de Lauwers
doende in de slegte verpondinge ƒ8
zoo goed of kwaadt groot of klein, als in haare
einden en zwetten worden bevonden, zonder
de omate op te gedogen, en zonder dat de ver-
koper, aan eene accurate designatie der zwetten
gehouden wil zyn. Verders met lusten en lasten
servituten en swarigheden. Tevens ook met het
recht, om op het verkogte te mogen timmeren
voor eigen gebruik der meyerlieden. Zonder meer
aldus verkogt voor de summa van ƒ120—:—„
schryve hondert en twintig guldens (waar-
van de verkooper betuigde, op heeden de gerechte
halfscheid ontvangen te hebben. Doende door
deezen de koopers in zoo verre quiteeren, zullende
de andere helft op den 12 may 1803 worden
betaald, en het verkogte, tot de volledige beta-
ling daarvan des verkoopers eigen en onverlate
goed verblyven. Voorts zullen de kopersen
hunne successeuren voor het gebruik dezer
landeryen, jaarlijks aan den verkoper, en des-
zelfs opvolgeren, als eigenaren boven alle
ordinaire en extraordinaire landslasten
en zwarigheben tot eene vaste huure beta-
len, de summa van twaalf guldens, voor
de
[P2]
de eerstemaal te verschynen op mid-
winter 1802 en zoo vervolgens continueren
zonder ooit in deeze huure verhoogd of ver-
mindert te kunnen worden. Of het zes-
jaarig geschenk onderhevig te zyn.
doch zal men gehouden zyn, by vererf
van ouders op kinder, één jaar huure voor
het overboeken, en in de zydlinie, eeven als
by koop en verkoop, twee jaaren, als meede
in cas van aantrouwen een jaar huure tot
geschenk aan den eigenaar te voldoen.
Eindelyk stelden wederzydsche comparanten
de eerste voor de vrye leverantie, wagting
en waring van het verkogte, en de tweede
voor de prompte voldaat der resteerende
kooppenningen, benevens der te verschyne-
ne huuren en geschenken ten onderpande
hunne persoonen en goederen, met sub-
missie aan de parate reaale executie van,
alle hooge en laage gerichten, onder af-
stand van alle bedenkelyke exceptien
In oirconde der waarheid en tot meerdere
vestenisse hiervan heb ik, richter, deezen
na ingenomene belyenge te Eyberbuuren
den 19 May 1802 met myns naamsonder-
teckening, en het aanhangen van myn
gewoon zegel bevestigd.
Dr. W. de Raadt,
Richter
Brondatum oorspronkelijk
19-05-1802
Archieflegger
Old Doesum
Verzameling
Wiebe de Jong